top of page

HC zondag 4 & 5

Deze leerdienst is gehouden op 22 september 2024 19.00 uur in Onderdendam. De catechismus wordt niet regel voor regel gevolgd, maar dient vooral als aangever van het onderwerp.


P 131: 1, 2 en 4

Stil gebed, votum en groet

P 130: 1, 2, 3

Geloofsbelijdenis

P 130:4

Gebed

Lezing: Psalm 51

P 32: 1, 2, 3

HC zondag 4 en 5

 

De vorige keer dat we het over de catechismus hadden ging het er vooral over dat Jezus aan de hand van de wet laat zien hoe het er met ons voorstaat, onze ellende. Ik koos vooral de insteek via een medisch voorbeeld: Jezus als de arts die een diagnose stelt en uit is op genezing.

Een van de grote belangrijke onderwerpen die juist de gereformeerde traditie bewaart is die schuld en verzoening, of vergeving. We zijn als mens niet alleen slachtoffer van een gebroken gevallen wereld, maar ook dader en schuldig. Die twee eigenschappen zijn op een of andere manier onderling vermengd. Vanavond richten we ons naar aanleiding van zondagen 4 en 5 op de schuldige kant van menszijn. Ik leg het niet zin voor zin uit, maar wil proberen te (laten) voelen, te ontdekken,  hoe razend actueel dit thema is. De grote vraag is: Wie verlost ons van onze schuld.  

 

Weerklank 370: 1, 5, 6

Na de preek G 171: 1 en 2 (B38)

 

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

 

Een van de grote onderwerpen waar ik me bij de IZB heb beziggehouden was de vraag of je bij tijdgenoten nog wel kunt aankomen met de zonde en vergeving, schuld en verzoening. Veel mensen die in het missionaire veld werken, denken van niet.

En als we eerlijk zijn herkennen we dat wel. We voelen allemaal dat mensen in onze omgeving, en wij zelf misschien ook wel, echt geërgerd worden wanneer iemand tegen je zegt dat je schuldig bent. Laat staan dat er dan ook nog bij gezegd wordt dat God Rechter is en iets van ons leven vindt. We gaan dan stamelen.  

 

Het kan goed zijn dat schuld niet de eerste ingang is voor het evangelie  voor veel mensen in onze samenleving. Maar het zou echt een grote vergissing zijn wanneer we dit thema zouden weghalen. Wanneer we zouden negeren wat op zoveel momenten in de Bijbel wordt aangewezen, zouden overslaan. Het kan juist zoveel bevrijding geven.

 

Schuld, je schuldig voelen, het is eigenlijk helemaal niet weg. Dat was wel de verwachting met het doodverklaren van God. We wilden vrijheid en schuld past niet in dat idee. Toch beheerst het nog altijd op allerlei manieren het leven van samenlevingen. Maar we hebben er niet goed woorden en rituelen voor om daarmee om te gaan.

-           Een voorbeeld dat wat verder weg ligt: Duitsland voelt zich nog altijd schuldig voor wat eerdere generaties hebben gedaan. Dat collectieve schuldgevoel maakt dat Angela Merkel migranten meer dan verwelkomde: ‘Wir schaffen das.’

Inderdaad is er een schuld ontstaan die hemelhoog is en we weten niet zo goed aan te geven wanneer dat is uitgeboet. Ons rechtvaardigheidsgevoel zegt dat de straf in verhouding met staan met de schade die is aangericht, zoals ook de catechismus aangeeft (vr/a11). Moet je zeggen: het verdient tijdelijke en eeuwige straffen? Het lijden van het Joodse volk, en van vele anderen is immers ook niet opgehouden. De schade is zo groot, daar kun je niet zomaar omheen.

 

En dat een nieuwe generatie zich schuldig voelt, lijkt sprekend op de eerste vraag die we vanavond lazen: op een of andere manier wordt je in een schuldig volk geboren. Is dat niet iets van een echo van erfzonde? Psalm 51: in ongerechtigheid ben ik geboren, in zonde heeft mij mijn moeder ontvangen, ligt daar heel dicht bij. Er kleeft iets aan ons. Ik kan er niets aan doen, maar toch voelen we schuld.

Kinderen van wie de ouders in de oorlog fout waren, voelen dat ook nog steeds op een of andere manier.

 

We kunnen zo ook het voorbeeld noemen van slavernij verleden. Of wat er bij de overheid fout ging bij de toeslagen, of bij de gaswinning.

Er is schuld, en we lossen het niet op. Lukt ook bijna niet, want met iedere regeling wordt het weer ingewikkelder. Blijkbaar is schuld niet alleen iets wat we erven, maar ook erger maken. Maar we begrijpen niet hoe.

 

Dat is collectief en groot. Maar ook op individueel niveau weten we als samenleving heel goed wat schuld is, en verlangen we dat de schuldige ander gestraft worden: kijk maar naar de manier waarop we omgaan met daders in een MeToo affaire. Ali B, Marco Borsato, en vele anderen hebben we gecanceld. We hebben afkeer van mensen die zulke dingen doen en daarom stoten we hen uit.

Uitgestoten uit de maatschappij. Is dat niet een spiegel van de hel: uitgestoten worden in de buitenste duisternis? Of wat David zingt, nadat hij zijn machtspositie misbruikt heeft: ‘Verwerp mij niet van uw aangezicht?’

 

Soms komt ook aan het licht dat mensen wel degelijk iets ervaren van schuld, zonder het echt te willen weten. De theoloog Rikko Voorberg besprak met een groep niet-gelovigen het Onze Vader. Hij liet hen daarin strepen en veranderen. Onze Vader werd al snel onze moeder, en ga zo maar door. Maar één zinnetje bleef staan: En vergeef ons onze schulden. Dat moest blijven staan. Je ziet dan ook de kracht van de woorden van God.

Zou het niet gaan over de manier waarop relaties stuk gemaakt worden, vast zit aan een verslaving, fraude pleegt. Klimaat is ook een thema dat misschien wel dichterbij komt. Er zijn, vooral jonge mensen, die zichzelf als mens zo schuldig voelen, dat ze zich schamen om mens te zijn. En om dat schuldgevoel te dempen kiezen ze een enorm strenge levensstijl, maar het gevoel van onbehagen blijft. Misschien is een vraag om vergeving wel heel hard nodig.

 

Ds Bas van der Graaf las in Amsterdam Psalmen met zinzoekers. Psalm 23 sprak eigenlijk niet aan, hoe troostrijk ook. Psalm 32 raakte. Over de nare uitwerking van schuldig zijn, daarover zwijgen, dat verdringen. We durven het niet toe te geven. De schade die we hebben veroorzaakt is te groot. Ondertussen slaat het naar binnen, word je jezelf zat, vreet het je van binnen op. Of het sluimert in je onderbewuste.

 

Schuldig-zijn kwalificeert ons. Het is in zekere zin al bevrijdend wanneer je dat gaat zien. Dat je de snak in je ziel naar een schone lei hoort en ruimte geef. In de roman Dit zijn de namen voert Tommy Wieringa een verlopen agent op die in zijn lange carrière vuile handen heeft gemaakt. Hij staat bij een Joods badwater, gebruikt voor reinigingsrituelen. Hij krijgt als uitleg dat je door onderdompeling een nieuwe schone ziel krijgt. Zijn gedachte is: ‘Wat een aangename, troostende gedachte… Zijn oude ziel afleggen, dat rafelige, versleten ding, er een nieuwe voor in de plaats krijgen. Wie wilde dat niet? Wie zou zoiets afwijzen? 

 

Raak verwoord. Misschien herken je dat wel, dat je je smoezelig voelt. Dat je de ander niet echt onder ogen durft te komen zoals je echt bent, en eigenlijk jezelf ook niet omdat je schuld voelt.

 

Maar wie kan dat geven, als God er niet is? We zijn autonoom. Je vult je eigen leven in. Maar wie zegt het je wanneer het goed genoeg is, en wie kan jou vergeven als je het niet goed doet?

 

We gaan dit nooit begrijpen, of kwijtraken zonder God.  

God is Rechter. Hij weet en kan zeggen wat goed en kwaad is. Hij kent de mate van verantwoordelijkheid en weet wat de goede maat is voor eens straf.

Schuld is niet alleen schuld is tegen een ander, of tegen de natuur. Maar tegen God. Wat David ook zegt: Tegen U heb ik gezondigd.  

Wat maakt het dat het je zo’n naar is wanneer je je leven verknoeit? Dat is ook omdat God iets van zichzelf in jou heeft gelegd, en het Hem raakt als jij je leven verknoeit.

Waarom levert het schaden van een mensenleven zoveel schuld op? Dat komt omdat God in die ander een grote waarde heeft gelegd, die ander is van God en een afspiegeling van God. Zelfs wanneer die ander overlijdt en niet meer lijdt aan het leed dat we die ander aandeden, leeft God nog wel, die we in die ander ook hebben geschaad. Het bloed van de vermoorde Abel roept nog steeds van de aardbodem om recht. De tranen van de ander roepen om gerechtigheid. Dat klimt op naar God.

We richten meer schade aan dan we zien, omdat we God zelf ook iets aandoen. Ook los van wat we een ander aandoen. We maken ons schuldig tegenover God door Zijn eer aan te tasten, zijn recht op ons leven te verachten en Zijn liefde te minachten.

 

Als we ons niet bewust zijn van God, is die schuld er op een voor ons verborgen manier. Het rommelt in je geweten, of je hebt steeds een innerlijke onrust, een gevoel van ontevredenheid.

 

Het bijzondere is dat God ons dit niet allemaal aanzegt om ons te kwellen, of om verhaal te halen. Slechts omdat Hij wil dat we dit verhaal van ons leven onder ogen zien, zodat Hij het van ons af kan nemen.

 

Want nog voordat wij ter wereld kwamen, hebben de Vader en de Zoon samen bedacht hoe 

-           Gods recht gehandhaafd blijft, zodat het onrecht dat mensen, de schepping, God zelf is aangedaan niet zomaar blijft bestaan. Dat had gekund door de zondige schuldige mens voor altijd uit te stoten van God en zijn heilige engelen.

-           de terechte en rechtvaardige woede van God over wat Hem is aangedaan kan ophouden, zonder dat God altijd naar ons moet blijven kijken als mensen die Hem ooit iets hebben aangedaan.

 

God is in de Zoon is mens geworden. Hij heeft de schuld van alle mensen gedragen. Hij is in de buitenste duisternis geweest, buitengesloten van God. Daarin  droeg Hij namens de hele mensheid de straf. Hij verlost ons van onze schuld. Wat Vader en Zoon hebben bedacht kunnen we nooit helemaal doorgronden. Maar het is volbracht.

 

Door Jezus’ werk is er ruimte voor belijden van je schuld. Kun je onder ogen zien dat je niet volmaakt bent, sterker: dat je geneigd bent tot kwaad. En dat ook niet van jezelf hoeft te verwachten, dat er vergeving is. Wanneer je jezelf identificeert met Hem die aan het kruis is gegaan, jezelf aan Hem toevertrouwt, is er vrijspraak omdat Hij de schuld heeft weggedragen.

Die ruimte maakt dat je ook aan een ander kunt belijden en als die ander daar ruimte voor heeft, vergeving ontvangen.

En zou het ook niet zo zijn dat, wanneer je vrijspraak hebt ontvangen zoekt naar het delen van verzoening met een ander. Hoopt dat die ander om vergeving aan jou vraagt?

 

Hoe mooi is het om dit geheim open te leggen voor de mensen om ons heen. Om woorden te zoeken en te vinden zodat ook zij inzien wat hen voortjaagt en welke dreiging boven hun hoofd hangt zonder verzoening.

Amen

 

Gebeden

Collecte

Weerklank 11: 1 en 3


Zegen

Opmerkingen


Over mij

IZB - Portret Sjaak - Hres-1_edited_edited.jpg

Mijn naam is Sjaak van den Berg. Sinds mei 2024 ben ik predikant van de Hervormde gemeenten Bedum en Onderdendam

Voor dat ik hier kwam gaf ik leiding aan de IZB (2015-2024). Daarvoor (2009-2015) was ik predikant van de PG Groningen, wijkgemeente Martinikerk. Mijn predikantschap begon ik in 2002 in Stedum-Lellens-Wittewierum- Ten Post. Daarvoor was ik ruim drie jaar kerkelijk werker in de Hervormde gemeente van Dorkwerd.

In mei 2009 promoveerde ik aan de Radbouduniversiteit op het geschrift 'Contra Adimantum' van Augustinus.

JAvandenBerg

Posts Archive

bottom of page